1. Goed kauwen
In onze mond begint jet traject van opname van voedingsstoffen naar uiteindelijk nieuwe celaanmaak. Kauwen zorgt ervoor dat de enzymen in ons speeksel het noodzakelijke voorwerk doen en het voedsel al in je mond begint af te breken. Zonder een goede afbraak is er geen goede vertering. En zonder goede vertering is er geen optimale opname van voedingsstoffen. Dit leidt weer tot ongemakken, kwaaltjes, overgewicht, een gebrek aan energie, haaruitval, droge huid, stemmingswisselingen, enz. Naarmate we ouder worden neemt de hoeveelheid enzymen in ons speeksel af en wordt kauwen dus nóg belangrijker. Een 25-jarige heeft drie(!) keer meer verteringsenzymen in zijn speeksel dan een 80-jarige.
Het kauwproces zorgt er bovendien voor dat er signalen naar ons spijsverteringsstelsel worden gestuurd om de juiste mix van verteringssappen te produceren. Als je niet goed kauwt, sla je deze twee belangrijke lichaamsfuncties over.
2. Rustig aan
Een andere reden waarom goed kauwen belangrijk is, is omdat je op die manier automatisch langer over je maaltijd doet. Langzaam eten is een geweldig gereedschap in de strijd tegen de kilo’s. Door niet of te weinig te kauwen, krijgen onze hersenen geen tijd om de verzadigingshormonen aan te maken die het signaal naar je hersenen sturen dat je vol zit. Snelle eters eten dus altijd meer. Begrijp je nu waarom je van fastfood altijd veel kunt eten maar snel erna alweer honger hebt? Fastfood is gemaakt om snel om te kunnen eten. Het is zacht, is op de hand te eten en eet zich dus makkelijk en onbewust snel weg.
Probeer daarom ook zo min mogelijk voor de televisie te eten. Door de tv raak je afgeleid, je eet op de automatische piloot en je lichaam en hersenen zijn meer bezig met het tv-programma dan met je verzadigingshormonen aan te maken.
3. Niet (te veel) drinken tijdens het eten
Een gezonde maag heeft een pH-waarde van tussen de 1 en 2. Extreem zuur dus. Deze hoge zuurtegraad is nodig om vooral eiwitten goed te kunnen verteren. Het in je maag aangekomen voedsel mengt zich met het maagzuur en wordt zo verder afgebroken. Het is de bedoeling dat het voedsel lang genoeg in je maag blijft om voldoende verteerd te worden en zo kan worden doorgesluisd naar je dunne darm. Pas wanneer je maag een pH-waarde van 5,5 heeft bereikt, opent je maag zich en laat hij het voedsel door. Hierna begint het belangrijke proces van de opname van voedingsstoffen in de dunne darm.
Wanneer jij drinkt tijdens je maaltijd (water, frisdrank, melk, wijn, enz) verdunt dit het maagzuur waardoor het voedsel niet meer op ‘volle kracht’ kan worden afgebroken. Ten tweede zorgt het vullen van je maag (met vloeistof) ervoor dat de pH-waarde van je maag veel te vroeg de 5,5 bereikt. En dus veel te vroeg opent. Het voedsel is niet genoeg verteerd en arriveert in veel te grote brokken in de dunne darm. Die is hier niet op gemaakt en kan de grote stukken voedsel niet opnemen. Hierdoor verdwijnen de kostbare voedingsstoffen uit je maaltijd ongebruikt weer richting toilet.
Voedingsstoffen zijn een soort brandstof voor allemaal motortjes in ons lichaam. Elk willekeurig deel van ons lichaam bevat hoge concentraties van bepaalde voedingsstoffen. Je hersenen bestaan bijvoorbeeld voor 60% uit vet, en botten bestaan voornamelijk uit kalk dat in ons lichaam wordt aangemaakt door calcium en vitamine D. Een tekort aan een van deze stoffen betekent dat het lichaamsdeel or orgaan in kwestie gaat haperen. Als dit lang genoeg doorgaat kan het zelfs tot ernstige klachten of zelfs uitval leiden.
4. Fruit als tussendoortje
Hoewel fruit in een maaltijd op zich niet zo’n slecht idee is, omdat de vitamine C in fruit helpt het ijzer in bijvoorbeeld vlees beter op te nemen, doe je er toch beter aan fruit niet tijdens of direct na te maaltijd te eten.
Ons lichaam is van nature ontworpen om rauwe groenten en fruit te eten en verteert deze dus heel snel en efficiënt. Fruit doet er ongeveer twintig minuten over om verteerd te worden, terwijl vlees er soms wel vier uur voor nodig heeft. Voor sommige mensen geldt daarom dat je het je lichaam makkelijker maakt als je de twee gescheiden houdt. Net zoals zacht fruit in de fruitschaal al vrij snel begint te fermenteren als het (over)rijp is, veroorzaakt een warme, zure omgeving (je maag) hetzelfde effect. Als je voor af na je biefstuk een stuk fruit eet, duurt het wel even voordat je maag zich opent. Al die eiwitten hebben lange tijd nodig om te verteren. En al die tijd ligt jouw stuk fruit ernaast te fermenteren. Dit kan klachten veroorzaken zoals buikkrampen, een opgeblazen gevoel en winderigheid.
PS. Deze informatie is afkomstig uit het boek ‘Eet jezelf mooi, slank & gelukkig’ van Amber Albarda.